Inleiding

De hierna weergegeven veroordelingsstatistieken betreffen de individuele veroordelingen geregistreerd in het centraal strafregister, dat wil zeggen de veroordelingen die niet meer vatbaar zijn voor hoger beroep of verzet binnen de gewone termijnen. Enkel de veroordelingen van natuurlijke personen worden vermeld, niet die van rechtspersonen.

De statistieken werden opgesteld op basis van de situatie van de gegevensbank van het strafregister (extractie) van 16 maart 2021. Gelet op de overzendingstermijnen van bepaalde veroordelingsuittreksels tussen de rechtscolleges en het strafregister kan het jaar 2020 niet als volledig worden beschouwd. De statistieken van 2020 worden ter informatie weergegeven en worden over het algemeen niet geanalyseerd.

Na een weergave van het aantal veroordelingen per type rechtscollege vermelden de tabellen en grafieken de opgelegde straffen die in kracht van gewijsde zijn gegaan en dus uitvoerbaar zijn. Sommige straffen gaan gepaard met uitstel. Dat kan gaan over de volledig straf of een deel van de straf; het is niet mogelijk om dat te bepalen.

Eenzelfde veroordeling kan verschillende hoofdstraffen en bijkomende straffen op eenzelfde bulletin omvatten. Het aantal straffen overschrijdt dan ook het aantal veroordelingsbulletins.

Veroordelingen per rechtscollege

Tabel: Veroordelingen per rechtscollegeHet totale aantal individuele veroordelingen is met meer dan 40 000 eenheden gedaald tussen 2016 en 2019. Deze tendens is vooral opvallend op het niveau van de politierechtbanken. Het aantal veroordelingen uitgesproken door de correctionele rechtbanken in eerste instantie (of in politieberoep) is stabiel gebleven met iets meer dan 34 000 eenheden. Na een lichte daling van de veroordelingen vanwege de hoven van beroep in 2018, is het aantal veroordelingen terug op het niveau van de voorgaande jaren en zet de groei zich in 2020 verder.

De veroordelingen uitgesproken door de hoven van assisen zijn schaars geworden tussen 2016 en 2018, ten gevolge van de inwerkingtreding van een hervorming in maart 2016, waardoor de correctionele rechtscolleges kennis konden nemen van alle misdaden, zelfs de zwaarste, terwijl deze laatste tot dan onder de exclusieve bevoegdheid van het hof van assisen vielen. Deze hervorming werd vernietigd door een arrest van het Grondwettelijk Hof van 21 december 2017 (met ingang vanaf 13 januari 2018). Gelet op de complexiteit van de organisatie van de assisenjury’s en de duur van de debatten hebben in 2018 slechts weinig processen geleid tot veroordelingen. In 2019 werden ongeveer zestig mensen veroordeeld door de volksjury’s, iets minder dan in 2016.

Politiegevangenisstraffen en correctionele gevangenisstraffen met een maximumduur van 5 jaar

Tabel: Politiegevangenisstraffen en correctionele gevangenisstraffen met een maximumduur van 5 jaarOver het geheel genomen is het aantal correctionele gevangenisstraffen tot 5 jaar, stabiel. Er waren ongeveer 26 000 straffen tot 2018, en het waren er 1000 meer in 2019. Deze laatste verhoging betreft alle vaste veroordelingen tot een gevangenisstraf van meer dan een maand, alsook straffen met een probatie-uitstel tot een gevangenisstraf van meer dan een jaar. Hoewel het minder vaak voorkomt, is een voorwaardelijke straf nog steeds een optie voor rechters. De politiegevangenisstraf (tot 7 dagen) is in de praktijk bijna verdwenen.

Grafiek: Gevangenisstraffen tot 5 jaar, effectief of met uitstel (2016-2019)

Gevangenisstraffen met een duur van meer dan 5 jaar

Tabel: Gevangenisstraffen met een duur van meer dan 5 jaarEr zijn veel minder gevangenisstraffen van meer dan 5 jaar dan gevangenisstraffen tot 5 jaar. Dat is des te meer het geval voor gevangenisstraffen van meer dan 10 jaar. Het aantal straffen van meer dan 5 jaar gevangenisstraf is toegenomen met 100 straffen tussen 2016 en 2019.

Die toename is toe te schrijven aan de straffen die lopen van meer dan 5 jaar tot 10 jaar gevangenisstraf.

De straffen van levenslange hechtenis of opsluiting zijn met de helft gedaald tussen 2016 en 2018, een rechtstreeks gevolg van de weinige verwijzingen naar de hoven van assisen, die de enige rechtscolleges zijn die deze straffen mogen uitspreken. In 2019 werden opnieuw ongeveer 15 levenslange gevangenisstraffen uitgesproken.

Strafrechtelijke geldboeten

De strafrechtelijke geldboetes zijn groter dan de vrijheidsstraffen: het zijn er meer dan 200 000 per jaar. Zij kunnen als hoofdstraf worden uitgesproken maar ook aan vrijheidsstraffen worden toegevoegd. Net als sommige vrijheidsstraffen kunnen zij soms gepaard gaan met een uitstel voor de volledige straf of een deel van de straf, waarbij het uitstel al dan niet is onderworpen aan de inachtneming van de probatievoorwaarden (indien niet is het gewoon uitstel).

Strafrechtelijke geldboeten

Tabel: Strafrechtelijke geldboetenVan 2016 tot 2019 is het aantal uitgesproken geldboeten gedaald met ongeveer 50 000. Deze daling betrof voor drie vierden effectieve straffen en voor een vierde straffen met gewoon uitstel. Het aantal geldboeten met probatieuitstel is duidelijk gestegen (meer dan 1000 extra). Toch blijft het deel met probatie-uitstel zeer klein (2 %) tegen ongeveer 70 % effectieve geldboeten en 30 % geldboeten met gewoon uitstel.

Bedrag van de uitgesproken strafrechtelijke geldboeten

Het bedrag van de uitgesproken strafrechtelijke geldboeten, zoals hieronder vermeld, is onderworpen aan de indexering door het systeem van de opdeciemen om het werkelijke te betalen bedrag te bekomen. In 2016 bedroeg de vermenigvuldigingscoëfficiënt 6 en sinds 1 januari 2017 is de coëfficiënt 8. Bovendien moet in het sociaal strafrecht de boete in bepaalde gevallen worden vermenigvuldigd met het aantal personen dat door de overtreding is getroffen.

Tabel: Bedrag van de uitgesproken strafrechtelijke geldboetenGrafiek: Bedrag van de effectieve strafrechtelijk geldboetenHet merendeel van de effectieve geldboeten wordt uitgesproken voor een bedrag dat € 50 niet overschrijdt (te vermenigvuldigen met de coëfficiënt van de opdeciemen). Het aantal politiegeldboeten (minder dan € 26 ) is stabiel gebleven rond 70 000 eenheden tot 2018, en daalde vervolgens met 20 % in 2019.

Het aantal effectieve geldboeten van € 26 tot € 500 is sterk gedaald wat de boeten tot € 50 betreft, en is steeds minder sterk gedaald tot € 500. De effectieve geldboeten van meer dan € 750 zijn in vergelijking zeldzaam, maar nemen toe. In 2019 werden er meer dan 5000 geteld.

Grafiek: Bedrag van de geldboeten met gewoon uitstelDe vaakst voorkomende geldboeten met (volledig of gedeeltelijk) gewoon uitstel bedragen meer dan € 100 tot € 250, duidelijk hoger dan de effectieve geldboeten die het vaakst worden uitgesproken.

Alle straffen met gewoon uitstel tot € 250 zijn van 2016 tot 2019 verlaagd. Voor de straffen met hogere bedrage is de situatie stabiel gebleven.

Wat de geldboeten met probatie-uitstel betreft, is de vastgestelde toename tijdens die periode in het algemeen en gaat het over alle categorieën van geldboeten.

Verval van recht tot sturen en alcoholslot

Tabel: Verval van recht tot sturen en alcoholslotElk jaar spreken de rechtbanken meer dan 110 000 vervallenverklaringen van het recht tot sturen uit in verkeerszaken. Uitstel wordt zeer weinig toegekend; het gaat om minder dan 15 % van de vervallenverklaringen.

Tot 2018 werd de straf inzake de plaatsing van een alcoholslot slechts zelden uitgesproken. Naar aanleiding van de wetswijziging (inwerkingtreding op 1 juli 2018) die dit instrument verplicht in bepaalde gevallen van dronkenschap, is het een volledig afzonderlijke straf geworden in het strafrechtelijk arsenaal met bijna 3000 definitieve veroordelingen in 2019 (en nog meer in 2020, cijfers zijn nog onvolledig).

(Autonome) werkstraffen, probatiestraffen en elektronisch toezicht

Tabel: (Autonome) werkstraffen, probatiestraffen en elektronisch toezichtDe werkstraf behoudt een belangrijke plaats in de waaier aan hoofdstraffen waarvan de strafgerechten gebruik maken. Binnen het gedeelde toepassingsgebied worden er jaarlijks immers ongeveer 10 000 werkstraffen uitgesproken, tegenover 27 000 vrijheidsstraffen van maximaal vijf jaar. Hoewel het aantal ervan in 2017 met 700 eenheden was gedaald, werd in 2018 opnieuw de kaap van 10 000 bereikt. Er moet bovendien worden opgemerkt dat de toekenning van een uitstel voor die werkstraffen bijna helemaal is verdwenen, wat hun effectiviteit versterkt.

De autonome probatiestraffen en het elektronisch toezicht zijn op 1 mei 2016 in werking getreden. De autonome probatie evolueert gematigd met meer dan 700 uitgesproken straffen in 2018 (iets minder in 2019), binnen een context waarin het probatie-uitstel voor gevangenisstraffen en geldboeten dezelfde tendens aantoont (zie supra). De omvang van het elektronisch toezicht blijft beperkt.

Andere straffen

Tabel: Andere straffenOnder de andere straffen wordt er steeds vaker tot verbeurdverklaring beslist met bijna 10 000 veroordelingen in 2019.

De terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank wordt voorbehouden aan de zwaarste veroordelingen en zeer weinig gebruikt. De toepassing ervan is tussen 2016 en 2019 evenwel verdubbeld.

Back to top